Spring

Paragraaf 9 Compactheid

Een fundamentele eigenschap van de reële getallen is het volgende feit, dat samenhangt met de volledigheid van \(\R\text{.}\)

Dit geeft aanleiding tot de volgende definities.

Definitie 9.2.

Een metrische ruimte \((X,d)\) is begrensd als er een positief reëel getal \(M\) bestaat zodanig dat voor alle \(x,y\in X\) geldt \(d(x,y)\lt M\text{.}\)

Definitie 9.3.

Een metrische ruimte \((X,d)\) is rijcompact als elke rij in \(X\) een convergente deelrij heeft.

We zullen deze stelling hieronder als gevolg van een algemenere stelling afleiden. Daarnaast willen we de gesloten en begrensde deelverzamelingen van \(\R\) karakteriseren op een manier waarin alleen de topologie en niet de metriek tot uitdrukking komt.

Definitie 9.5.

Zij \((X,\T)\) een topologische ruimte. Een open overdekking van \(X\) is een deelverzameling \(\cU\) van \(\T\) waarvoor geldt \(X=\bigcup_{U\in\cU} U\text{.}\)

Definitie 9.6.

Een topologische ruimte \((X,\T)\) heet compact als er voor elke open overdekking \(\cU\) van \(X\) een eindige deelverzameling \(\cU'\subseteq\cU\) bestaat waarvoor geldt \(X=\bigcup_{U\in\cU'} U\text{.}\)

De definitie van compactheid wordt vaak geformuleerd als “elke open overdekking heeft een eindige deeloverdekking”.

Voorbeeld 9.7.

Elke eindige topologische ruimte \(X\) is compact. Dit volgt direct uit het feit dat \(X\) maar eindig veel open verzamelingen heeft.

Voorbeeld 9.8.

De topologische ruimte \(\R\) is niet compact. Bekijk bijvoorbeeld de open overdekking \(\cU=\{B_1(x)\mid x\in\R\}\) van \(\R\text{.}\) De vereniging van eindig veel elementen van \(\cU\) is begrensd, en is dus niet gelijk aan \(\R\text{;}\) dit betekent dat \(\cU\) geen eindige deeloverdekking heeft.

Hetzelfde argument laat zien dat elke compacte metrische ruimte begrensd is.

Het begrip compactheid wordt vaak toegepast op deelruimten. Hierbij is de volgende karakterisering nuttig.

Dit is af te leiden uit het feit dat de open deelverzamelingen van \(S\) precies de verzamelingen van de vorm \(U\cap S\) zijn met \(U\) een open deelverzameling van \(X\text{.}\) De details worden als opgave aan de lezer overgelaten.

We noemen een verzameling \(S\) als in de bovenstaande propositie een compacte deelverzameling van \(X\text{.}\) Een verzameling \(\cU\) als in de propositie heet een open overdekking van \(S\) (door open verzamelingen van \(X\)).

  1. Zij \(\cU\) een overdekking van \(Y\) door open verzamelingen van \(X\text{.}\) Omdat \(Y\) gesloten is in \(X\text{,}\) is \(\cU\cup\{X\setminus Y\}\) een open overdekking van \(X\text{.}\) Wegens de compactheid van \(X\) heeft deze open overdekking een eindige deeloverdekking \(\cU'\text{.}\) De doorsnede \(\cU\cap\cU'\) is nu een eindige deelverzameling van \(\cU\) die \(Y\) overdekt.
  2. We bewijzen dat \(X\setminus Y\) open is. Zij \(x\in X\setminus Y\text{.}\) Omdat \(X\) een Hausdorffruimte is, bestaan er voor alle \(y\in Y\) open verzamelingen \(U_y,V_y\subseteq X\) waarvoor geldt \(x\in U_y\text{,}\) \(y\in V_y\) en \(U_y\cap V_y = \emptyset\text{.}\) De verzameling \(\cV=\{V_y\mid y\in Y\}\) is een overdekking van \(Y\) met open deelverzamelingen van \(X\text{.}\) Wegens de compactheid van \(Y\) is er een eindige deeloverdekking \(\cV'\subseteq\cV\text{;}\) deze heeft de vorm \(\{V_y\mid y\in S\}\) voor een eindige deelverzameling \(S\subseteq Y\text{.}\) Bekijk nu de open verzameling \(U=\bigcap_{y\in S} U_y\text{.}\) Deze \(U\) heeft lege doorsnede met \(V_y\) voor elke \(y\in S\text{,}\) en dus geldt \(U\cap Y=\emptyset\text{.}\) Hieruit volgt dat \(U\) een open omgeving van \(x\) is die binnen \(X\setminus Y\) ligt.

Een nuttige eigenschap van compacte ruimten is dat het beeld van een compacte ruimte onder een continue afbeelding weer compact is.

We mogen aannemen dat geldt \(C=X\) en \(f(C)=Y\text{.}\) Zij \(\cV\) een open overdekking van \(Y\text{,}\) en zij \(\cU=\{f^{-1}V\mid V\in\cV\}\text{.}\) Dan is \(\cU\) een open overdekking van \(X\text{.}\) Wegens de compactheid van \(X\) is er een eindige deeloverdekking \(\cU'\subseteq\cU\text{.}\) Deze is van de vorm \(\cU'=\{f^{-1}V\mid V\in\cV'\}\) voor een eindige deelverzameling \(\cV'\subseteq\cV\text{.}\) Als \(x\in X\) bevat is in \(f^{-1}V\text{,}\) dan is \(f(x)\) bevat in \(f(f^{-1}V)\subseteq V\text{.}\) Hieruit volgt dat \(\cV'\) een overdekking van \(Y\) is.

Zij \(F\subseteq X\) een gesloten deelverzameling. Wegens propositie 9.10(a) is \(F\) compact. Uit propositie 9.11 volgt dat \(f(F)\) compact is. Tot slot volgt uit propositie 9.10(b) dat \(f(F)\) gesloten is in \(Y\text{.}\)

Wegens propositie 7.10 volstaat het om te bewijzen dat \(f\) gesloten is. Dit hebben we echter gezien in gevolg 9.12.

De volgende herformulering van compactheid is vaak nuttig.

Definitie 9.14.

Een topologische ruimte \(X\) heeft de eindige-doorsnijdingseigenschap als er voor elke collectie \(\cF\) van gesloten verzamelingen met \(\bigcap_{F\in\cF}F=\emptyset\) een eindige deelverzameling \(\cF'\subseteq\cF\) bestaat zodanig dat \(\bigcap_{F\in\cF'}F=\emptyset\text{.}\)

Dit volgt uit de definitie door het nemen van complementen.

Het volgende feit is een bijzonder nuttige eigenschap van compacte ruimten.

Omdat \(X\) compact is, is \(f(X)\) compact wegens propositie 9.11. Uit propositie 9.10(b) volgt nu dat \(f(X)\) gesloten is; gezien het eerder opgemerkte feit dat compacte metrische ruimten begrensd zijn, is \(f(X)\) begrensd. Omdat \(X\) niet-leeg is, geldt hetzelfde voor \(f(X)\text{;}\) dit impliceert dat \(f(X)\) een minimaal en een maximaal element heeft.

We gaan terug naar metrische ruimten.

Definitie 9.17.

Zij \(X\) een metrische ruimte. We zeggen dat \(X\) totaal begrensd is als er voor elke \(\epsilon>0\) een eindige overdekking van \(X\) bestaat met open ballen van straal \(\epsilon\text{.}\)

De volgende stelling kan gezien worden als een generalisatie van de stelling van Heine–Borel (gebruik dat gesloten en begrensde deelverzamelingen van \(\R\) hetzelfde zijn als volledige en totaal begrensde deelverzamelingen van \(\R\)).

We bewijzen de implicaties \((1)\;\Longrightarrow\;(2)\;\Longrightarrow\; (3)\;\Longrightarrow\;(1)\text{.}\)

(1)\(\;\Longrightarrow\;\)(2)

Neem aan dat \(X\) compact is. Zij \((x_n)_{n\ge0}\) een rij in \(X\text{.}\) We willen een convergente deelrij \((x_{n_k})_{k\ge0}\) construeren. Voor alle \(n\ge0\) definiëren we \(F_n\) als de afsluiting van de verzameling \(\{x_m\mid m\ge n\}\text{.}\) Dan is de doorsnede van eindig veel \(F_n\) niet-leeg. Wegens de eindige-doorsnijdingseigenschap is de doorsnede van alle \(F_n\) ook niet-leeg. We kiezen een punt \(x\in\bigcap_{n\ge0}F_n\text{.}\) Zij \(n_0=0\text{.}\) Voor alle \(k\ge1\) is er wegens het feit dat \(x\) in \(F_{n_{k-1}+1}\) ligt een \(n_k>n_{k-1}\) waarvoor geldt \(d(x_{n_k},x)\lt 2^{-k}\text{.}\) De rij \((x_{n_k})_{k\ge0}\) convergeert nu naar \(x\text{.}\)

(2)\(\;\Longrightarrow\;\)(3)

Neem aan dat \(X\) rijcompact is. Zij \((x_n)_{n\ge0}\) een Cauchyrij in \(X\text{.}\) Wegens de rijcompactheid heeft \((x_n)_{n\ge0}\) een convergente deelrij. Zij \(x\) de limiet van deze deelrij. Dan convergeert ook de hele rij \((x_n)_{n\ge0}\) naar \(x\text{.}\) Hieruit volgt dat \(X\) volledig is.

Stel nu dat \(X\) niet totaal begrensd is. Dan is er een \(\epsilon>0\) zodanig dat \(X\) niet overdekt kan worden door eindig veel ballen van straal \(\epsilon\text{.}\) We willen een rij construeren zonder convergente deelrij. Kies \(x_0\in X\text{.}\) Dan is \(B_\epsilon(x_0)\) niet gelijk aan \(X\text{,}\) dus er bestaat \(x_1\in X\setminus B_\epsilon(x_0)\text{.}\) Nu is ook \(B_\epsilon(x_0)\cup B_\epsilon(x_1)\) niet gelijk aan \(X\text{,}\) dus er bestaat \(x_2\in X\setminus(B_\epsilon(x_0)\cup B_\epsilon(x_1))\text{.}\) Inductief construeren we zo een rij \((x_n)_{n\ge0}\) die voldoet aan \(x_{n+1}\notin B_\epsilon(x_0)\cup\ldots\cup B_\epsilon(x_n)\) voor alle \(n\ge0\text{.}\) Hieruit volgt dat \((x_n)_{n\ge0}\) geen deelrij heeft die een Cauchyrij is (twee verschillende punten liggen altijd minstens \(\epsilon\) van elkaar vandaan), tegenspraak. Dus \(X\) is totaal begrensd.

(3)\(\;\Longrightarrow\;\)(1)

Neem aan dat \(X\) volledig en totaal begrensd is. Zij \(\cU\) een open overdekking van \(X\text{.}\) Stel dat \(\cU\) geen eindige deeloverdekking heeft. Er bestaat daarentegen wel een eindige overdekking van \(X\) met open ballen van straal \(1\text{.}\) Omdat \(\cU\) geen eindige deeloverdekking heeft, is er dus een \(x_0\in X\) zodanig dat \(B_1(x_0)\) niet overdekt kan worden door eindig veel open verzamelingen in \(\cU\text{.}\) Wel kan \(X\text{,}\) en dus ook \(B_1(x_0)\text{,}\) overdekt worden met eindig veel open ballen van straal \(1/2\) in \(X\text{;}\) er is dus een \(x_1\in X\) zodanig dat \(B_1(x_0)\cap B_{1/2}(x_1)\) niet overdekt kan worden door eindig veel open verzamelingen in \(\cU\text{.}\) Zo verdergaand construeren we een rij \((x_n)_{n\ge0}\) in \(X\) zodanig dat de open verzameling \(V_n = B_1(x_0)\cap\cdots\cap B_{2^{-n}}(x_n)\) in \(X\) niet overdekt kan worden door eindig veel open verzamelingen in \(\cU\text{.}\) In het bijzonder geldt \(d(x_m,x_n)\lt 2^{-m}+2^{-n}\) voor alle \(m,n\ge 0\text{,}\) dus \((x_n)_{n\ge0}\) is een Cauchyrij. Wegens de volledigheid van \(X\) heeft deze rij een limiet \(x\in X\text{,}\) en deze voldoet aan \(d(x_n,x)\le 2^{-n}\) voor alle \(n\ge0\text{.}\) Kies \(U\in\cU\) met \(x\in U\text{.}\) Dan bestaat er een \(\epsilon>0\) met \(B_\epsilon(x)\subseteq U\text{.}\) Voor \(n\ge0\) met \(2^{1-n}\le\epsilon\) geldt nu \(V_n\subseteq B_{2^{-n}}(x_n)\subseteq B_\epsilon(x)\subseteq U\text{.}\) In het bijzonder is \(\{U\}\) een eindige overdekking van \(V_n\) door open verzamelingen in \(\cU\text{,}\) een tegenspraak.

Compacte topologische ruimten zijn in zekere zin “overzichtelijker” dan algemene topologische ruimten; denk aan het feit dat compacte metrische ruimten volledig en totaal begrensd zijn. Een veel gebruikte techniek om een niet-compacte ruimte \(X\) te bestuderen is het “inbedden” van \(X\) in een compacte ruimte. Dit heet het compactificeren van \(X\) en is enigszins vergelijkbaar met het completeren van een metrische ruimte. Voor onze doeleinden beperken we ons tot lokaal compacte Hausdorffruimten \(X\) en tot het eenvoudigste type compactificatie.

Definitie 9.19.

Een topologische ruimte \((X,\T)\) is lokaal compact als er voor elke \(x\in X\) een (niet noodzakelijk open) omgeving \(N\) van \(x\) bestaat zodanig dat \(N\) compact is.

Voorbeeld 9.20.

Compacte ruimten, \(\R^n\text{,}\) discrete ruimten.

Definitie 9.21.

Zij \((X,\T)\) een lokaal compacte Hausdorffruimte. Een eenpuntscompactificatie van \((X,\T)\) is een compacte Hausdorffruimte \((X_\infty,\T_\infty)\) samen met een continue afbeelding \(\iota\colon(X,\T)\to(X_\infty,\T_\infty)\) zodanig dat \(\iota\colon X\to\iota(X)\) een homeomorfisme is en \(X_\infty\setminus\iota(X)\) uit één punt bestaat.

Zij \(X_\infty\) de verzameling \(X\sqcup\{\infty\}\text{.}\) We definiëren een topologie \(\T_\infty\) op \(X_\infty\) door

\begin{equation*} \T_\infty = \T \cup \{X_\infty\setminus K\mid K\subseteq X\text{ is compact}\}. \end{equation*}

De collectie van complementen van verzamelingen in \(\T_\infty\) is

\begin{equation*} \cF_\infty = \{F\cup\{\infty\}\mid F\subseteq X\text{ is gesloten}\} \cup\{K\mid K\subseteq X\text{ is compact}\}. \end{equation*}

We gaan na dat \(\T_\infty\) een topologie is door te bewijzen dat \(\cF_\infty\) de eigenschappen van de collectie van gesloten verzamelingen heeft. Ten eerste is duidelijk dat geldt \(\emptyset,X_\infty\in\cF_\infty\text{.}\) Laten \(F,F'\in\cF_\infty\) gegeven zijn. Als \(\infty\) in \(F\cup F'\) ligt, dan is \(F\cup F'\) van de vorm \(F''\cup\{\infty\}\) met \(F''\) gesloten (compacte deelverzamelingen van \(X\) zijn gesloten omdat \(X\) een Hausdorffruimte is). Anders is \(F\cup F'\) een vereniging van twee compacte verzamelingen en is dus weer compact.

Zij \(\cG\) een willekeurige deelverzameling van \(\cF_\infty\text{.}\) Als voor alle \(F\in\cG\) geldt \(\infty\in F\text{,}\) dan is \(\bigcap_{F\in\cG} F\) van de vorm \(F\cup\{\infty\}\) met \(F\) gesloten in \(X\text{.}\) Anders bevat \(\cG\) een compacte deelverzameling \(K\) van \(X\text{,}\) en geldt

\begin{equation*} \bigcap_{F\in\cG} F = \bigcap_{F\in\cG}(F\cap K) \end{equation*}

De verzameling rechts is een doorsnede van gesloten deelverzamelingen van de compacte ruimte \(K\text{,}\) is dus zelf gesloten in \(K\) en is dus een compacte deelverzameling van \(X\text{.}\)

We bewijzen dat \((X_\infty,\T_\infty)\) compact is. Zij \(\cU\) een open overdekking van \(X_\infty\text{.}\) Dan is er minstens een \(U\in\cU\) met \(\infty\in U\text{.}\) Zij \(K=X_\infty\setminus U\text{;}\) dan is \(X=U\cup K\) en het volstaat te bewijzen dat \(K\) een eindige overdekking door elementen van \(\cU\) heeft. Dit volgt echter uit het feit dat \(U\cap X\) open is in \(X\) voor elke \(U\in\T_\infty\) en \(K\) compact is.

We bewijzen dat \((X_\infty,\T_\infty)\) een Hausdorffruimte is. Zijn \(x,y\in X_\infty\) verschillend. Als \(x\) en \(y\) beide verschillend zijn van \(\infty\text{,}\) dan bestaan er disjuncte open omgevingen van \(x\) en \(y\) in \(X\) (en dus in \(X_\infty\)) omdat \(X\) een Hausdorffruimte is. We mogen dus aannemen dat \(x\in X\) en \(y=\infty\text{.}\) Omdat \(X\) lokaal compact is, bestaan er \(U\subseteq X\) open en \(K\subseteq X\) compact met \(x\in U\subseteq K\text{.}\) Verder is \(X_\infty\setminus K\) een open omgeving van \(\infty\) in \(X_\infty\text{.}\) Hiermee zijn \(U\) en \(X_\infty\setminus K\) disjuncte open omgevingen van \(x\) en \(\infty\) in \(X_\infty\text{.}\)

De natuurlijke inbedding \(\iota\colon X\to X_\infty\) is een homeomorfisme naar \(\iota(X)\) omdat \(\{U\cap X\mid U\in\T_\infty\}=\T\text{.}\)

Om te bewijzen dat \((X_\infty,\T_\infty)\) op homeomorfismen na uniek is, nemen we aan dat \((X_\infty',\T_\infty')\) een andere eenpuntscompactificatie is. Dan kunnen we een voor de hand liggende bijectie \(f\colon X_\infty'\to X_\infty\) construeren. We merken nu op dat de topologie \(\T_\infty\) “minimaal” is in de zin dat voor alle \(U\in\T_\infty\) de eis dat \((X_\infty',\T_\infty')\) een compacte Hausdorffruimte is, impliceert dat \(f^{-1}U\) open is. Dit betekent dat \(f\) een continue afbeelding van een compacte ruimte naar een Hausdorffruimte is. Wegens gevolg 9.13 is \(f\) een homeomorfisme.

Compacte topologische ruimten zijn het onderwerp van een van de meest fundamentele stellingen uit de topologie, namelijk de stelling van Tichonov. (Alternatieve transliteraties: Tikhonov, Tichonow, Tychonoff enz.)

De stelling in deze algemene vorm (voor producten van mogelijk oneindig veel ruimten) is equivalent met het keuzeaxioma. We verwijzen naar appendix A voor een bewijs. We zullen de stelling hieronder voor een product van eindig veel compacte ruimten bewijzen. Door inductie volgt deze versie uit de onderstaande stelling voor een product van twee compacte ruimten.

Zij \(\cW\) een open overdekking van \(X\times Y\text{.}\) Laten we een deelverzameling \(Z\subseteq X\times Y\) klein noemen als \(Z\) overdekt kan worden door eindig veel verzamelingen in \(\cW\text{.}\) We moeten dus bewijzen dat \(X\times Y\) klein is. We merken eerst op dat er voor elke \((a,b)\in X\times Y\) een \(W\in\cW\) is met \((a,b)\in W\text{,}\) en dat er open verzamelingen \(U_{a,b}\subseteq X\) en \(V_{a,b}\subseteq Y\) zijn met \((a,b)\in U_{a,b}\times V_{a,b}\subseteq W\text{.}\) De verzamelingen \(U_{a,b}\times V_{a,b}\) met \((a,b)\in X\times Y\) vormen dus een open overdekking van \(X\times Y\) door kleine deelverzamelingen.

We beweren nu dat er voor elke \(a\in X\) een open omgeving \(U_a\) van \(a\) bestaat zodanig dat \(U_a\times Y\) klein is. Aangezien \(\{V_{a,b}\mid b\in Y\}\) een open overdekking van \(Y\) is en \(Y\) compact is, bestaat er een eindige deelverzameling \(T_a\subseteq Y\) waarvoor geldt \(\bigcup_{b\in T_a} V_{a,b} = Y\text{.}\) Zij \(U_a=\bigcap_{b\in T_a} U_{a,b}\text{;}\) dan geldt \(U_a\times Y\subseteq \bigcup_{b\in T_a} U_{a,b}\times V_{a,b}\text{,}\) dus \(U_a\times Y\) is klein.

De open verzamelingen \(U_a\) met \(a\in X\) overdekken \(X\text{.}\) Omdat \(X\) compact is, bestaat er een eindige deelverzameling \(S\subseteq X\) waarvoor geldt \(\bigcup_{a\in S} U_a = X\text{.}\) We merken nu op dat \(X\times Y = \bigcup_{a\in S} U_a\times Y\text{,}\) dus \(X\times Y\) is klein.

Opgaven Opgaven

1.

Bewijs (zonder stelling 9.18 te gebruiken) dat elke rijcompacte metrische ruimte begrensd is.

2.

Bewijs dat elke totaal begrensde metrische ruimte begrensd is.

3.

Bepaal voor elk van de volgende metrische ruimten of ze (totaal) begrensd zijn.

  1. \(\R\text{;}\)
  2. \((a,b)\) met \(a\lt b\) in \(\R\text{;}\)
  3. \([a,b]\) met \(a\lt b\) in \(\R\text{;}\)
  4. \((\R,\tilde d)\) met \(\tilde d\) de metriek uit opgave 1.11;
  5. \(\Z\) met \(d(x,x)=0\) en \(d(x,y)=1\) voor \(x\ne y\text{.}\)
4.

Zij \(n\ge0\text{.}\)

  1. Bewijs dat elke begrensde deelverzameling van \(\R^n\) totaal begrensd is.
  2. Leid uit stelling 9.18 de stelling van Heine–Borel af: een deelverzameling \(S\subseteq\R^n\) is (rij)compact dan en slechts dan als \(S\) gesloten en begrensd is.
5.

Zij \((X,\T)\) een topologische ruimte en zij \(\cB\subseteq\T\) een basis voor \(\T\text{.}\) Laat zien dat \(X\) compact is dan en slechts dan als elke open overdekking \(\cU\) van \(X\) met \(\cU\subseteq\cB\) een eindige deeloverdekking heeft.

6.

Laat zien dat het open eenheidsinterval \((0,1)\) en het gesloten eenheidsinterval \([0,1]\) niet homeomorf zijn.

7.

Zij \(X=\{0,1,2,\ldots\}\text{,}\) en zij \(d\) de unieke Franse-spoorwegmetriek op \(X\) met centrum \(0\) en \(d(x,0)=1\) voor alle \(x\ne0\text{.}\)

  1. Laat zien dat de metrische ruimte \((X,d)\) volledig is.
  2. Laat zien dat \(X\) begrensd is, maar niet totaal begrensd.
  3. Geef een rij in \(X\) zonder convergente deelrij.
  4. Geef een open overdekking van \(X\) zonder eindige deeloverdekking.
  5. Bepaal alle compacte deelverzamelingen van \(X\text{.}\)
8.

Zij \((X,d)\) een metrische ruimte, en zij \((x_n)_{n\ge0}\) een rij in \(X\) met limiet \(x\text{.}\) Laat zien dat \(\{x_0,x_1,x_2\ldots\}\cup\{x\}\) compact is.

9.

Zij \((X,\T)\) een topologische ruimte, en zijn \(K_1\text{,}\) …, \(K_n\) compacte deelverzamelingen van \(X\text{.}\) Laat zien dat \(K_1\cup\ldots\cup K_n\) compact is.

10.

Zij \(X\) een Hausdorffruimte.

  1. Zij \(A\) een compacte deelverzameling van \(X\text{,}\) en zij \(z\in X\setminus A\text{.}\) Bewijs dat er disjuncte open verzamelingen \(U,V\subseteq X\) bestaan waarvoor geldt \(A\subseteq U\) en \(z\in V\text{.}\)
  2. Zijn \(A\) en \(B\) twee disjuncte compacte deelverzamelingen van \(X\text{.}\) Bewijs dat er disjuncte open verzamelingen \(U,V\subseteq X\) bestaan waarvoor geldt \(A\subseteq U\) en \(B\subseteq V\text{.}\)
11.

Zijn \(X\) en \(Y\) niet-lege topologische ruimten. Neem aan dat \(X\times Y\) compact is. Bewijs dat \(X\) en \(Y\) compact zijn.

12.

Zijn \((X,d_X)\) en \((Y,d_Y)\) metrische ruimten. Een afbeelding \(f\colon X\to Y\) heet uniform continu als er voor alle \(\epsilon>0\) een \(\delta>0\) bestaat zodanig dat voor alle \(a,b\in X\) geldt

\begin{equation*} d_X(a,b)\lt\delta\;\Longrightarrow\; d_Y(f(a),f(b))\lt\epsilon. \end{equation*}

Neem aan dat \(X\) compact is. Bewijs dat elke continue afbeelding \(f\colon X\to Y\) uniform continu is.

13.

Zij \(X=\{0,1\}\) met de discrete topologie, en zij \(Y=\prod_{n=0}^\infty X\) met de producttopologie. Gebruik de stelling van Tichonov om te bewijzen dat \(Y\) niet discreet is. (Zie ook opgave 8.10.)

14.

Zij \((X,d)\) een metrische ruimte.

  1. Stel dat \(X\) lokaal compact en volledig is. Is \(X\) noodzakelijk compact? Geef een bewijs of een tegenvoorbeeld.
  2. Stel dat \(X\) lokaal compact en totaal begrensd is. Is \(X\) noodzakelijk compact? Geef een bewijs of een tegenvoorbeeld.
15.

Zij \(\R_\infty\) een eenpuntscompactificatie van \(\R\text{.}\) Laat zien dat \(\R_\infty\) homeomorf is met een cirkel.

16.

Zij \(X\) een compacte Hausdorffruimte. Beschrijf de eenpuntscompactificatie van \(X\text{.}\)